Wat is het OSI-model?
De OSI staat voor Open System Interconnection, ontwikkeld in de jaren tachtig. Het is een conceptueel model dat wordt gebruikt voor netwerkcommunicatie. Het is niet volledig geïmplementeerd, maar er wordt nog steeds naar verwezen. Dit OSI-model bestaat uit zeven lagen en elke laag is met elkaar verbonden. De gegevens verplaatsen zich naar beneden in het OSI-model en elke laag voegt aanvullende informatie toe. De gegevens gaan naar beneden totdat ze de laatste laag van het OSI-model . Wanneer de gegevens worden ontvangen op de laatste laag van het OSI-model, worden de gegevens via het netwerk verzonden. Zodra de gegevens aan de andere kant zijn bereikt, wordt het proces omgekeerd.
Wat is het TCP/IP-model?
Het TCP-model staat voor Transmissiecontroleprotocol, waar IP voor staat internet Protocol . Een aantal protocollen die internet mogelijk maken vallen mogelijk onder het TCP/IP-model. Tegenwoordig horen we de naam van het TCP/IP-model niet veel meer, we horen meestal de naam van IPv4 of IPv6, maar deze is nog steeds geldig. Dit model bestaat uit 4 lagen. Nu zullen we kijken naar de schematische weergave van de TCP/IP-model .
Zoals weergegeven in het bovenstaande diagram heeft het TCP/IP-model vier lagen, terwijl het OSI-model uit zeven lagen bestaat. Schematisch lijkt het erop dat de 4 lagen van het TCP/IP-model precies passen in de 7 lagen van het OSI-model, maar dit is niet de werkelijkheid. De applicatielaag van het TCP/IP-model komt overeen met de eerste drie lagen, dat wil zeggen de applicatie-, sessie- en presentatielaag van het OSI-model. De transportlaag van TCP komt rechtstreeks overeen met de transportlaag van het OSI-model. De internetlaag van het TCP/IP-model komt rechtstreeks overeen met de netwerklaag van het OSI-model. De laatste twee lagen van het OSI-model komen overeen met de netwerklaag van het TCP/IP-model. TCP/IP is het meest gebruikte model in vergelijking met het OSI-model voor het verzorgen van communicatie tussen computers via de computer internetten .
Overeenkomsten tussen het OSI- en TCP/IP-model
Hieronder volgen de overeenkomsten tussen het OSI- en TCP/IP-model:
Beide modellen zijn de logische modellen en hebben vergelijkbare architecturen, aangezien beide modellen met de lagen zijn opgebouwd.
Beide lagen hebben gedefinieerde standaarden en bieden ook het raamwerk dat wordt gebruikt voor het implementeren van de standaarden en apparaten.
Java inschakelen
Beide modellen hebben het probleemoplossingsproces vereenvoudigd door de complexe functie op te delen in eenvoudiger componenten.
De standaarden en protocollen die al vooraf zijn gedefinieerd; deze modellen herdefiniëren ze niet; ze verwijzen er gewoon naar of gebruiken ze. De Ethernet-standaarden waren bijvoorbeeld al vóór de ontwikkeling van deze modellen door de IEEE gedefinieerd; in plaats van ze opnieuw te creëren, hebben modellen deze vooraf gedefinieerde standaarden gebruikt.
De functie die wordt uitgevoerd tussen de 'presentatie' en de 'netwerk' laag is vergelijkbaar met de functie die wordt uitgevoerd op de vervoer laag.
Verschillen tussen het OSI- en TCP/IP-model
Laten we de verschillen tussen het OSI- en TCP/IP-model in tabelvorm bekijken:
| OSI-model | TCP/IP-model |
|---|---|
| Het staat voor Open systeeminterconnectie. | Het staat voor Transmissiecontroleprotocol. |
| Het OSI-model is ontwikkeld door ISO (International Standard Organization). | Het is ontwikkeld door ARPANET (Advanced Research Project Agency Network). |
| Het is een onafhankelijk standaard en generiek protocol dat wordt gebruikt als communicatiegateway tussen het netwerk en de eindgebruiker. | Het bestaat uit standaardprotocollen die leiden tot de ontwikkeling van een internet. Het is een communicatieprotocol dat de verbinding tussen de hosts verzorgt. |
| In het OSI-model biedt de transportlaag een garantie voor de bezorging van de pakketten. | De transportlaag biedt niet de zekerheid voor de bezorging van pakketten. Maar toch kunnen we zeggen dat het een betrouwbaar model is. |
| Dit model is gebaseerd op een verticale benadering. | Dit model is gebaseerd op een horizontale benadering. |
| In dit model zijn de sessie- en presentatielagen gescheiden, dat wil zeggen dat beide lagen verschillend zijn. | In dit model zijn de sessie- en presentatielaag geen verschillende lagen. Beide lagen zijn opgenomen in de applicatielaag. |
| Het staat ook wel bekend als een referentiemodel waarmee verschillende netwerken worden opgebouwd. Het TCP/IP-model is bijvoorbeeld opgebouwd uit het OSI-model. Het wordt ook wel een begeleidingsinstrument genoemd. | Het is een geïmplementeerd model van een OSI-model. |
| In dit model biedt de netwerklaag zowel verbindingsgerichte als verbindingsloze dienstverlening. | De netwerklaag biedt alleen verbindingsloze service. |
| Protocollen in het OSI-model zijn verborgen en kunnen eenvoudig worden vervangen als de technologie verandert. | In dit model kan het protocol niet eenvoudig worden vervangen. |
| Het bestaat uit 7 lagen. | Het bestaat uit 4 lagen. |
| Het OSI-model definieert de services, protocollen en interfaces en zorgt voor een goed onderscheid daartussen. Het is protocol-onafhankelijk. | In het TCP/IP-model zijn services, protocollen en interfaces niet goed gescheiden. Het is protocolafhankelijk. |
| Het gebruik van dit model is zeer laag. | Dit model wordt veel gebruikt. |
| Het biedt standaardisatie voor apparaten zoals router, moederbord, switches en andere hardwareapparaten. | Het biedt niet de standaardisatie van de apparaten. Het zorgt voor een verbinding tussen verschillende computers. |